Meer info over "wegdraaiende ogen"
  • SCHEELZIEN IS HET WEGDRAAIEN VAN 1 OOG : NAAR BINNEN ("eso") / NAAR BUITEN ("exo") / NAAR BOVEN / NAAR ONDER

  • OORZAAK: EEN ONEVENWICHT TUSSEN DE 6 SPIEREN VAN BEIDE OGEN

  • EEN VOORBEELD : NAAR BUITEN DRAAIEN VAN HET RECHTER OOG

  • RESULTAAT VAN DE OPERATIE

STRABISME = SCHEELZIEN

WAT IS SCHEELZIEN


Het is een frequente aandoening (4%), die gekenmerkt wordt door een stoornis in de samen werking van de oogspieren:
De oogspieren zitten buiten het oog en laten toe, het oog te besturen (zoals teugels een paard besturen). Als bepaalde spieren te sterk spannen kunnen de hersenen de ogen niet meer op een normale manier rechthouden. Scheelzien is dus steeds een probleem van beide ogen samen, ook al staat steeds hetzelfde oog (lees: het minder goede oog) in de hoek ! U moet dan ook niet verwonderd zijn dat bijna steeds aan de twee ogen geopereerd wordt, spijts het feit dat het meestal maar 1 oog ( meestal het slechtste oog) scheel staat.


OORZAAK

Scheelzien is frequent erfelijk bepaald in die mate dat indien 1 van de ouders scheelzien, hun kinderen bijna zeker ook zullen scheelzien. Indien de stoornis in de spiersamenwerking uitgesproken is, is het scheelzien vanaf de geboorte aanwezig. Is de spiersamenwerking minder gestoord, ontstaat het scheelzien later (meestal tussen de leeftijd van 2 a 3 j), n.al.v een ernstige ziekte of wanneer het kind meer gaat lezen.- Kinderziektes of ongevallen (o.a moeilijke bevalling) kunnen soms spierverlammingen veroorzaken waardoor scheelzien ontstaat.

Bij slechtziende ogen (brilproblemen, littekens in het oog n.al.v doorgemaakte ziektes, eventueel tijdens de zwangerschap) hebben de hersenen geen enkele reden om het slechtziende oog recht te houden.

Minder goede hersenen (=mentale handicaps) hebben moeite om zelfs normale ogen recht te houden.


GEVOLGEN

Eerst en vooral ESTETISCH. Omdat kinderen met mentale handicaps frequent scheelkijken, wordt de associatie gelegd: scheelzien, dus niet al te snugger. Dit is een verkeerde conclusie, maar dit heeft geleid tot de opvallende misprijzende houding van onze maatschappij t.o.v scheelzien.

Even belangrijk is echter het feit dat HET SCHEELZIENDE OOG DOOR DE HERSENEN UITGESCHAKELD WORDT, omdat het toch maar een storend dubbelzicht geeft. Het gebrek aan oefening leidt dan tot slecht zicht van het scheelziende oog ("een lui oog"). Bij een ongeval aan het enig goede oog, kunnen dergelijke patiënten dan op slag heel slechtziend worden.

KINDEREN met strabisme, zien NIET DUBBEL, omdat het dubbel beeld door de hersenen uitgeschakeld wordt. VOLWASSENEN, die plots scheelzien ontwikkelen, gaan WEL DUBBEL  zien, omdat hun hersenen de mogelijkheid van het wegfilteren van een dubbel beeld verloren zijn. Soms is het scheelzien niet erg genoeg, zodat toch nog actief kan bijgestuurd worden. de bijstuurmechanismen geven wel aanleiding tot hoofdpijn en oogvermoeidheid.